Interview met Annette Dmig, vice-voorzitter Raad van Bestuur UWV:
“De bandbreedte van de kwaliteit van sociaal-medisch handelen door UWV professionals is nog groot”, stelt Annette Dmig, vice-voorzitter van de Raad van Bestuur van UWV. “Sommige verzekeringsartsen en arbeidsdeskundigen leveren aantoonbaar meer kwaliteit dan anderen. Het is onze ambitie om die bandbreedte verder te verkleinen.”
Door: Wil Wijngaards
Professionals denken mee
Een belangrijke doelstelling van het vorig jaar ingerichte bureau Sociaal Medische Zaken (SMZ) is het definiren van de kwaliteit van het sociaal-medisch handelen. “Uiteraard zijn er vanuit het verleden al normen waaraan wij die kwaliteit kunnen toetsen. De wereld verandert echter en UWV dus ook. Wij signaleren dat er onder de professionals veel vragen en ideen leven over de wijze waarop zij hun vak moeten uitoefenen. We laten daarom het komend halfjaar een afvaardiging van verzekeringsartsen en arbeidsdeskundigen meedenken over de vraag hoe hun toegevoegde waarde beter zichtbaar kan worden. Wat is hun visie op de kwaliteit van hun eigen handelen? Welke resultaten wil men halen en hoe moeten die gemeten worden? Hoe kan kwaliteit zichtbaar worden gemaakt voor de klant en voor de organisatie? Dat zijn vragen waar wij graag een antwoord op krijgen.”
Onder begeleiding van een onafhankelijke voorzitter wordt van gedachtenÊ gewisseld over o.a. vakinhoudelijke kwaliteit en de bejegening van klanten. Maar ook kwantitatieve indicatoren zoals bijvoorbeeld productie komen uitgebreid aan bod . “Uiteindelijk moet de basis gelegd worden voor de wijze waarop SMZ in de toekomst de kwaliteit van sociaal-medisch handelen zal uitbouwen en borgen. En daarbij streven we niet naar een of ander gemiddelde, maar leggen we de lat uiteraard zo hoog mogelijk”.
Kijk voorbij de aSB berg
De herkeuringen die UWV voor 2007 moet uitvoeren, leggen een zware druk op veel UWV-professionals. Sommigen zijn van mening dat er teveel werk in te weinig tijd moet worden gedaan. Anderen hebben moeite met de strengere regels. Veel van de huidige onvrede en onzekerheid onder UWV-professionals is terug te voeren op de ‘aSB berg’ , (herkeuringen in het kader van het aangepast schattingenbesluit, red.). Zal daar ook over worden gesproken in de bijeenkomsten met professionals? “Uiteraard komen zaken als werkdruk en veranderende wetgeving ook aan de orde. Maar we moeten niet blijven steken in een eindeloze discussie over het hier en nu. Die herkeuringen moeten nu eenmaal gebeuren en we kunnen echt niet nog een keer om uitstel vragen. Sommige professionals verwijten ons dat wij geen vuist maken naar de politiek maar zij vergeten dat zij niet meer bij een UVI werken die op afstand opereert. UWV moet directe verantwoording afleggen aan de minister. Wij hebben een taak en die moeten we uitvoeren.”
Dmig benadrukt dat professionals ook de discussie aan moeten gaan over hun meerwaarde als de herkeuringen zijn afgerond. “We moeten ook voorbij de aSB berg durven kijken en ons afvragen wat dan onze rol kan zijn. Er zullen dingen veranderen en daar willen zo goed mogelijk op zijn voorbereid.”
Toekomstscenario
Welk toekomstscenario ziet Annette Dmig dan voor de UWV professionals? “Ik kan natuurlijk niet in de toekomst kijken, maar n ding weet ik zeker: claimbeoordeling zal altijd blijven bestaan en ook altijd een publieke taak blijven. Ik snap best dat de heer Linschoten daar een heel andere mening over heeft, hij werkt tenslotte voor een commercile dienstverlener, maar ik vrees dat bij hem de wens de vader van de gedachte is. De realiteit is dat zowel sociale partners als de politiek duidelijk aangeven dat zij zeer tevreden zijn met de onafhankelijke wijze waarop UWV de claimbeoordeling uitvoert. Claimbeoordeling moet volgens hen ook een publieke taak blijven. Sterker nog: misschien gaan we in de toekomst ook claims beoordelen voor andere publieke dienstverleners. Onze expertise op dat terrein wordt soms nu al gevraagd, bijvoorbeeld door gemeentes, maar we kunnen momenteel gewoon niet aan die vraag voldoen. Ik sluit echter niet uit dat we in de toekomst een Frontoffice Claim krijgen dat ondersteuning biedt op verschillende terreinen aan verschillende publieke partners.
Nieuwe WAO
De afgelopen periode was de nieuwe WAO weer volop in het nieuws. Heeft de nieuwe WAO volgens Dmig nog gevolgen voor UWV professionals? Wat is volgens haar bijvoorbeeld de invloed van het onlangs overeengekomen hybride stelsel op de rentegratieactiviteiten van UWV? “Wat mij vreselijk heeft verbaasd de afgelopen tijd is die discussie over de uitvoering van de WIA. De suggestie werd gewekt dat de uitvoering privaat wordt, maar het tegendeel is waar. UWV verzorgt nu de keuringen en de claimbeoordeling en in de WIA staat dat UWV dat ook moet blijven doen. Daar verandert helemaal niets aan en daar is iedereen het over eens. Alleen op het gebied van rentegratie zullen we ‘concurrentie’ krijgen. Overigens is de kritiek van de verzekeraars dat wij die taak niet aan zouden kunnen onzin. We hebben al meerdere malen aangetoond dat we daar juist heel goed toe in staat zijn.”
Hoe gaat UWV de concurrentie dan aan met de verzekeraars? “In grote lijnen denk ik dat we de volgende ontwikkeling door zullen maken: Naast de Frontoffice Claim zal er een Frontoffice Werk ontstaan (in een bedrijfsverzamelgebouw met CWI en Gemeenten) dat is gespecialiseerd in rentegratieactiviteiten voor WWB, WW en WIA-klanten. Mensen die aanleg hebben voor het motiveren en begeleiden van mensen zullen daar als rentegratiecoach aan de slag gaan. Dat kunnen arbeidsdeskundigen zijn, maar dat hoeft niet per se. In mijn ogen is niet iedere arbeidsdeskundige als vanzelfsprekend ook geschikt om zo’n brede rentegratiecoach te zijn. Een belangrijk item in de discussie over de kwaliteit van professionals zal daarom ook de kwaliteit van de rentegratievisie worden. We kunnen immers niet langer volstaan met het ‘over de muur gooien’ van een visie, maar moeten meer dan voorheen een wezenlijke bijdrage leveren aan het rentegratieproces. En zoiets moet je wel in je hebben.”
Ophouden met doemdenken
Het blijft een terugkerend thema: het imago van UWV. De Nationale Ombudsman ontving afgelopen jaar een recordaantal klachten over UWV. In de media worden negatieve gebeurtenissen breed uitgemeten en positieve ontwikkelingen nauwelijks. Onlangs werd in het programma Zembla nog ingezoomd op schrijnende gevallen tijdens de herkeuringen. Wat vindt Dmig van al die negatieve publiciteit? Dmig (zucht): “Daar gaan we weer. We moeten eens ophouden met dat doemdenken over UWV. Op het gebied van claimbeoordeling doen we het hartstikke goed. Sociale partners en politiek zijn daar heel tevreden over. Ik vind het jammer dat soms de suggestie wordt gewekt dat UWV verantwoordelijk is voor de strengere regelgeving. Maar dat is de verantwoordelijkheid van de politiek en wij moeten die regels nu eenmaal uitvoeren. En dat proberen we iedere maand zo goed mogelijk te doen voor 1,5 miljoen mensen.
Maar ik ben het er mee eens dat we nog niet de klantgerichtheid hebben die we zouden moeten hebben. We moeten sneller beslissen en duidelijk zijn over wat we wel en niet doen en onze afspraken nakomen. Als we dat niet doen ontstaan er klachten. Dat is ook een belangrijke reden waarom we nu de bandbreedtediscussie met onze professionals aangaan. Want als we de kwaliteit van ons sociaal-medisch handelen verbeteren zal dat ongetwijfeld ook een positief effect hebben op het beeld dat men van UWV heeft.”
Wil Wijngaards is voorzitter van SRA